
Een Andere Kijk biedt artikelen die anders zijn dan u gewend bent van Het Alternatieve Geluid. Deze artikelen bestrijken uiteenlopende onderwerpen, zoals maatschappelijke en religieuze kwesties, evenals andere thema's die verbonden zijn met onze samenleving en de wereld. Ze nodigen u uit om een nieuwe kijk op bepaalde onderwerpen te ontwikkelen en uw perspectief te verruimen
Inleiding: De Tempel als Symbool van de Laatste Dagen
De gedachte aan de bouw van een Derde Tempel in Jeruzalem is voor veel gelovigen onlosmakelijk verbonden met eindtijdvisioenen en apocalyptische voorspellingen. In diverse religieuze tradities – van orthodox-joodse verwachting tot christelijke eindtijdprofetieën – wordt een herbouwde tempel gezien als een teken dat de laatste dagen nabij zijn . Dit maakt de Derde Tempel tot een centraal thema in religieuze bespiegelingen over de eindtijd. Tegelijkertijd is de Tempelberg (Haram al-Sharif) ook een politiek geladen locatie: het is “een van de meest politiek gevoelige plekken ter wereld” en fungeert als brandpunt van mondiale spanningen. Kleine incidenten daar kunnen al grootschalig geweld ontketenen. Zo leidden bijvoorbeeld het openen van een archeologische tunnel in 1996 en het bezoek van Ariel Sharon in 2000 tot dodelijke onlusten en zelfs het uitbreken van de Tweede Intifada .
De Tempelberg vormt daarmee het toneel waar religieuze aspiraties en geopolitieke belangen frontaal op elkaar botsen. Voor joden is deze plek de heiligste ter wereld – hier stonden immers de Eerste en Tweede Tempel – terwijl moslims er de Al-Aqsamoskee en Rotskoepel hebben, de derde heiligste site in de islam. Christenen hechten op hun beurt historische en profetische waarde aan Jeruzalem. Deze overlap aan heilige plaatsen creëert een explosieve situatie: elke verandering op of claim over de Tempelberg raakt direct aan de identiteit en geloofsovertuigingen van miljarden mensen. Zo waarschuwde Jordanië (dat als hoeder optreedt van de islamitische heiligdommen) dat wijzigingen in de status-quo “catastrofale gevolgen” kunnen hebben en het geweld in de regio kunnen aanwakkeren .
Religieuze profetieën over de tempel hebben bovendien hun weg gevonden naar de geopolitiek. Evangelische bewegingen in de Verenigde Staten zien de terugkeer van de Joden naar Israël en uiteindelijk de bouw van de Derde Tempel als onderdeel van Gods plan voor de eindtijd . Tegelijk gebruiken islamitische leiders de kwestie om hun achterban te mobiliseren: de slogan “Al-Aqsa is in gevaar” dient al bijna een eeuw als oproep tot verzet tegen vermeende Joodse plannen om de Tempelberg over te nemen voor de Derde Tempel . Dergelijke retoriek – voor moslims een oproep tot verdediging, voor joden een bevestiging van hun messiaanse verwachting – onderstreept hoe de tempelprofetieën verweven zijn met hedendaagse conflicten in het Midden-Oosten en daarbuiten. De Derde Tempel is zo zowel een profetisch symbool als een potentiële politieke lont in het kruitvat van de wereldorde.
De Derde Tempel: Geschiedenis, Profetieën en Voorbereidingen
Historische achtergrond:
De eerste twee Tempels van Jeruzalem hebben een lange geschiedenis die de basis vormt voor de huidige verlangens naar een Derde Tempel. De Eerste Tempel, ook bekend als de Tempel van Salomo, werd volgens de traditie rond 957 v.Chr. gebouwd door koning Salomo en gold als de woonplaats van de God van Israël (met de Ark van het Verbond in het heilige der heiligen). Deze tempel stond ongeveer vier eeuwen, tot hij in 586 v.Chr. door de Babyloniërs onder Nebukadnezar werd verwoest . Na de Babylonische ballingschap bouwden de Joden de Tweede Tempel (gereed rond 515 v.Chr.), die later door koning Herodes de Grote groots werd uitgebreid. In het jaar 70 n.Chr. werd ook deze tempel met de grond gelijk gemaakt, ditmaal door de Romeinen onder Titus. De Tempels stonden centraal in het joodse religieuze leven: hier werden offers gebracht, feesten gevierd en voelde men de nabijheid van de goddelijke Shechina (inwonende Goddelijke aanwezigheid). Na de tweede verwoesting leefde het joodse volk eeuwenlang zonder tempel, wat leidde tot nieuwe vormen van aanbidding (synagogendiensten, gebed in plaats van offers) maar ook tot een blijvende hoop en smeekbede “Moge de Tempel spoedig herbouwd worden in onze dagen.”
Locatie en archeologie:
De algemeen aanvaarde locatie van de Eerste en Tweede Tempel is de huidige Tempelberg in het oude Jeruzalem. Volgens de Hebreeuwse Bijbel bouwde Salomo de tempel op de berg Moria, op de plek waar zijn vader David een dorsvloer had gekocht . Tegenwoordig staan op dit plateau de Rotskoepel en Al-Aqsamoskee. De Rotskoepel wordt door de meeste deskundigen gezien als gebouwd op of vlakbij de plaats van het vroegere heilige der heiligen van de tempel . Er bestaan echter omstreden alternatieve theorieën over de precieze locatie: zo hebben enkele onderzoekers gesuggereerd dat de tempel iets noordelijker stond, of juist ~200 meter zuidelijker bij de bron van Gihon . Dergelijke ideeën zijn controversieel en worden door de meeste archeologen verworpen, maar ze illustreren hoe gevoelig het vraagstuk is. Intussen doen Palestijnse autoriteiten vaak het bestaan van de historische Joodse tempels op deze plek in twijfel, uit vrees dat erkenning daarvan de Israëlische aanspraken versterkt. Toch hebben opgravingen rond de Tempelberg diverse artefacten uit de Tempelperiode blootgelegd (waaronder inscripties en gebruiksvoorwerpen), die de band met de oude tempelcultus bevestigen. Zo blijft de strijd om historische en archeologische “bewijzen” onderdeel van het bredere narratief rond de Derde Tempel.
Joodse stromingen en tempelherbouw:
Binnen het jodendom lopen de opvattingen uiteen over de wenselijkheid en timing van een Derde Tempel. Orthodoxe joden geloven in principe in de wederopbouw van de Tempel en de herinvoering van offers (korbanot) in de messiaanse toekomst . Maar de meerderheid meent dat mensenhanden hier niet in mogen grijpen voordat de Messias komt. Met andere woorden: pas wanneer God het aangeeft zal er ruimte zijn voor een nieuwe tempel, en tot die tijd moet men wachten. Een veel aangehaalde reden is dat men onzeker is over de precieze heilige locatie – volgens de Halacha is het ten strengste verboden de plek van het heilige der heiligen te betreden, en zonder profeet of Messias is het riskant om überhaupt op de Tempelberg te komen . Daarnaast stellen sommigen dat sinds de tempeldienst zo lang onderbroken is, alleen God of Zijn gezalfde koning (de Messias) deze op de juiste manier kan herstellen . Een kleine minderheid binnen de orthodoxie, geïnspireerd door rabbijnen als Maimonides, vindt echter dat men actief moet voorbereiden op de herbouw “zodra dat mogelijk is” – zij zien het als een mitswa (gebod) om de Tempel te bouwen als de gelegenheid zich voordoet . Deze opvatting komt vooral voor binnen het religieus-zionisme.
Meer gematigde of niet-orthodoxe stromingen hebben andere visies. Conservatief jodendom(Masorti) bidt traditioneel wel voor een herstelde Tempel, maar verwacht niet dat de oude offerdiensten terugkeren . Men ziet de tempel eerder symbolisch en zou bij een herbouw de eredienst modern invullen (bijvoorbeeld met gebed in plaats van dieroffers). Reformjodendomverwerpt het idee van een centrale Tempel en bloedige offerandes helemaal – deze worden beschouwd als behorend tot een primitief stadium van het geloof . In Reform-synagogen wordt de term “Tempel” vaak gebruikt voor de eigen gebedsruimte, om aan te geven dat de gemeenschap nu het centrum van geloof is; een nieuwe stenen tempel in Jeruzalem acht men overbodig en onwenselijk . Daarnaast zijn er ultraorthodoxe anti-zionistische groepen (zoals Neturei Karta) die menen dat het stichten van de staat Israël en zeker elke menselijke tempelbouw vóór de komst van de Messias een zonde is – zij wachten radicaal op goddelijk ingrijpen. Kortom, de joodse wereld is intern verdeeld: van vurige tempelactivisten tot degenen die uitsluitend op Messiaanse interventie vertrouwen, en van gematigde anticipatie tot volledige afwijzing van een nieuwe tempel.
Profetieën over de Derde Tempel
Joodse profetieën en messiaanse rol:
In de joodse traditie speelt de Tempel een belangrijke rol in eindtijdverwachtingen. Veel orthodoxe joden verwijzen naar bijbelse profeten (zoals Ezechiël 40–48, Zacharia 6:12-15) die een toekomstige Heilige Tempel in messiaanse tijden beschrijven. Traditioneel gelooft men dat de Messias (Mashiach ben David) zelf de derde Tempel zal (laten) bouwen of dat deze miraculeus uit de hemel zal neerdalen wanneer de tijd rijp is . Maimonides stelde in zijn Dertien Geloofsartikelen dat joden moeten uitzien naar de komst van de Messias, “hoezeer hij ook talmt”, en in zijn juridische werk Mishne Tora schrijft hij dat de Messias de Tempel zal herbouwen. De verwachting is dat de Derde Tempel een era van vrede en goddelijke aanwezigheid inluidt – een “huis van gebed voor alle volken” (Jesaja 56:7). Toch bestaan er onder rabbijnen ook discussies: gaat het om een letterlijke herbouw of een meer spirituele vervulling? Een bekend debat speelde in 1993 tussen de toenmalige Sefardische opperrabbijn Mordechai Eliahu en rabbijn Yisrael Ariel, de drijvende kracht achter het Tempelinstituut . Rabbijn Eliahu betoogde dat de Tempel pas door de Messias uit de hemel gebracht zal worden, terwijl rabbijn Ariel vond dat elke Jood – Messias of niet – verplicht is de Tempel te helpen herbouwen zodra de mogelijkheid zich aandient . Deze discussie toont aan dat zelfs binnen de orthodoxie zowel apathie als activisme bijbels-theologisch gemotiveerd kunnen zijn. Over één ding zijn alle traditionele joodse stromingen het eens: er zal uiteindelijk een Derde Tempel komen, hetzij als gevolg, hetzij als oorzaak van de messiaanse verlossing.
Christelijke eindtijdperspectieven:
In de christelijke eschatologie komt de tempel eveneens voor, zij het op verschillende manieren. Mainstream-christendom (rooms-katholiek, oosters-orthodox en veel protestanten) ziet de offerdienst van de oudtestamentische tempel vervuld en overbodig gemaakt door het ene offer van Jezus Christus . Volgens de brief aan de Hebreeën was Christus’ kruisdood de voltooiing van wat de tempelofferandes slechts zinnebeelden waren . Veel kerken benadrukken dat God sinds Christus in de gelovigen woont (zie 1 Kor. 3:16: “Weet gij niet dat gij Gods tempel zijt…”) en dat er daarom geen heilsnoodzaak is voor een nieuw gebouw . Toch zijn er vanaf de vroege kerk enkele stemmen geweest (zoals kerkvader Irenaeus) die een herbouwde tempel in de eindtijd voorzagen als toneel van beproevingen door de Antichrist . Deze lijn is vooral opgepakt binnen bepaalde protestantse stromingen, met name de dispensationele evangelicals. In die visie – populair bij veel Amerikaanse en evangelische christenen – wordt uit bijbelpassages afgeleid dat er vóór of tijdens de terugkomst van Christus een nieuwe Joodse tempel in Jeruzalem zal staan. Ze wijzen op profetieën in o.a. Daniël 9:27, Matteüs 24:15 en 2 Thessalonicenzen 2:4, waar sprake is van een “gruwel in de heilige plaats” en een “Wetteloze” (Antichrist) die zich in Gods tempel zal verheffen als god . Volgens deze interpretatie zal een toekomstige wereldleider (de Antichrist) een vredesverdrag sluiten met Israël, de bouw van de Derde Tempel mogelijk maken, en zich daarna van binnenuit tegen het geloof keren door zichzelf in die tempel tot god te verklaren . Dit scenario maakt de herbouwde tempel tot een cruciaal teken voor veel evangelicalen: het betekent dat de eindtijd werkelijk is aangebroken, met eerst een periode van misleiding en verdrukking, gevolgd door de wederkomst van Christus. Andere christelijke groepen – waaronder de Katholieke en Orthodoxe kerken – hechten weinig profetische waarde aan een fysieke Derde Tempel. Zij zien Jezus zelf als de nieuwe en eeuwige tempel en waarschuwen dat een eventuele herbouw alleen ten tijde van de Antichrist zal gebeuren, dus niet iets is om naar te streven . Kortom, christenen zijn verdeeld: waar de ene groep (vooral fundamentalistische protestanten) de Derde Tempel actief toejuicht als onderdeel van Gods eindtijdplan, beschouwt de andere groep hem als theologisch irrelevant of zelfs als een teken van misleiding in de laatste dagen.
Islamitische visies:
In de islam bestaat er geen theologisch vooruitzicht op of wens voor de herbouw van een Joodse tempel in Jeruzalem – integendeel, het idee wordt doorgaans gezien als een bedreiging voor de islamitische heiligdommen. De Haram al-Sharif (Tempelberg) herbergt de Al-Aqsamoskee en de Rotskoepel, van waaruit de profeet Mohammed volgens de overlevering ten hemel voer. Deze plek wordt door moslims als waqf (eeuwig gewijde islamitische grond) beheerd. Voor de islamitische wereld is elk Joods of buiten-islamitisch aanspraak op dit terrein onacceptabel. Pogingen om de status quo te veranderen – laat staan om een derde Tempel te bouwen op de plaats van Al-Aqsa – worden gezien als een directe aanval op de islam. Daarom is de roep “Al-Aqsa is in gevaar” zo krachtig: het suggereert dat Israël van plan is de moskee te vernietigen ten gunste van een tempel, en functioneert als rallying cry om de umma (islamitische gemeenschap) te mobiliseren . In werkelijkheid heeft de Israëlische overheid dergelijke plannen niet, maar uitspraken van radicale Joodse activisten voeden de angst. Zo verklaarde in 2014 een Israëlische minister (Uri Ariel) openlijk dat “de derde Tempel op de plaats van de Al-Aqsamoskee gebouwd moet worden” , wat in de islamitische wereld werd uitgelegd als bevestiging van hun grootste vrees. Islamitische profetieën over de eindtijd concentreren zich op andere thema’s (zoals de komst van de Mahdi, de terugkeer van Isa/Christus en de strijd tegen de Dajjal, ofwel Antichrist-figuur), maar een Joodse tempel speelt daarin geen rol behalve als dreigend scenario om te verhinderen. Feitelijk ziet men de huidige controle van moslims over de Haram al-Sharif als een goddelijk gegeven en de taak om die te verdedigen als een heilige plicht. Zo noemde de Turkse president Erdogan iedere aantasting van Al-Aqsa “een rode lijn” voor moslims, waarschuwend dat zijn land “nooit stil en onbewogen kan toekijken” als de heiligheid van de moskee wordt bedreigd . Samengevat: de islamitische wereld verwerpt het idee van de Derde Tempel resoluut en beschouwt pleidooien ervoor doorgaans als provocatie of onderdeel van een zionistisch-“kruistocht” complot. Dit betekent dat een eventuele tempelherbouw niet alleen een theologisch vraagstuk is, maar vrijwel zeker ook een aanleiding zou zijn voor fel islamitisch verzet en mogelijk internationaal conflict.
Huidige Voorbereidingen voor de Derde Tempel
Ondanks alle controverses zijn er in Israël en daarbuiten groepen actief bezig met de praktische en rituele voorbereidingen voor een Derde Tempel. Het bekendst is het Tempelinstituut(Machon HaMikdash) in Jeruzalem, opgericht in 1987, dat zich ten doel stelt “het heiligdom realiteit te maken in onze dagen” . Deze organisatie heeft in de afgelopen decennia replica’s en rekwisieten vervaardigd volgens de bijbelse voorschriften, zodat alles gereed is zodra de bouw zou mogen beginnen. In het Holy Temple Visitors Center te Jeruzalem staan reeds een vergulde menora, een tafel der toonbroden, zilveren trompetten, priesterlijke kleding en tal van andere kelim (voorwerpen) tentoongesteld – allemaal volgens de exacte bijbelse maten en geschikt voor gebruik . Ook de bigdei kehuna (priestergewaden) voor gewone priesters en voor de hogepriester inclusief borstplaat met 12 edelstenen zijn gereconstrueerd. Verder worden kohanim (priesterafstammelingen) getraind in tempelrituelen en bestudeert men oude rituele muziek. Dit alles gebeurt onder toezicht van rabbijnen die de halachische details uitwerken. Kortom, de “hardware” van de Derde Tempel – van het meubilair tot gereedschappen – is in principe al aanwezig en staat klaar voor gebruik .
Een andere opmerkelijke ontwikkeling is de zoektocht naar een rode vaars (para aduma). Volgens Numeri 19 is de as van een volmaakt rode koe – een dier zonder enig vlekje of andere kleurige haar – noodzakelijk om de hoogste graad van reinheid te bereiken die vereist is voor tempeldienst. Aangezien alle levende Joden als ritueel onrein gelden (door contact met de dood, omdat de reiniging sinds de tempelverwoesting niet meer is uitgevoerd), kan men pas een nieuwe tempeldienst beginnen ná het besprenkelen met water waarin rode-koe-as is opgelost. Eeuwenlang leek dit een onoverkomelijk obstakel. In recente jaren werken echter zowel religieuze Joden als christelijke ondersteuners samen om zo’n zeldzame rode koe te fokken. In september 2022 was er een doorbraak: vijf perfecte, jonge rode vaarzen uit een ranch in Texas zijn naar Israël overgevlogen . Bij aankomst zijn ze met ceremonieel onthaal op het vliegveld ontvangen door rabbi’s van het Tempelinstituut en andere organisaties . Deze dieren worden nu opgegroeid op een geheime locatie. Als ze volwassen worden zonder een enkel afwijkend haartje of gebrek, kunnen ze geslacht en verbrand worden om de gezochte reinigingsas te verkrijgen . Dit zou de eeuwenoude blokkade van rituele onreinheid doorbreken en betekent in de ogen van tempelactivisten een gigantische stap richting daadwerkelijke herbouw (ze spreken daarom van “het wegtikken van de tempelklok”) . Critici merken op dat het selecteren van een rode koe op zich geen politieke hindernissen opheft, maar binnen de religieuze logica van de voorstanders is dit een essentieel voorbereidingswerk.
Ondertussen zijn er ook symbolische en politieke handelingen verricht. Rechtse religieuze groepen in Israël houden jaarlijks oefen-ceremonieën, bijvoorbeeld voor het Pesachlamoffer of het Loofhuttenfeest, soms met daadwerkelijke (off-site) offeringen onder toezicht van rabbijnen. Er is zelfs een kleine groep rabbijnen die zichzelf in 2004 uitriep tot een heropgericht Sanhedrin(hoogste rabbijnse gerechtshof), om alvast juridische en religieuze infrastructuur te scheppen voor een nieuwe tempel. Hoewel hun autoriteit niet algemeen wordt erkend, zochten zij internationaal aandacht door o.a. brieven te sturen aan wereldleiders over de tempelkwestie. Al deze voorbereidingen illustreren dat in bepaalde kringen de Derde Tempel niet louter droom is, maar een concreet project waarvoor men – zij het op beperkte schaal – al het mogelijke doet.
Obstakels en tegenstand:
Ondanks de gedreven inzet van deze tempelbewegingen stuiten zij op enorme obstakels. Allereerst is er de politiek-religieuze realiteit op de Tempelberg: bovenop de beoogde bouwlocatie staan twee prominente islamitische heiligdommen die al 13 eeuwen oud zijn. Het is onvoorstelbaar dat deze structuren verwijderd of verplaatst zouden worden zonder een wereldwijde schokgolf te veroorzaken. Iedere poging om “Joodse bouwwerken binnen, tussen, naast of in plaats van” de Rotskoepel of Al-Aqsa te realiseren, zou zeer waarschijnlijk leiden tot hevig internationaal conflict, gezien de sterke verbondenheid van de hele islamitische wereld met deze plek. Zelfs een relatief kleine verandering – zoals het toelaten van openlijk Joods gebed op de Tempelberg – veroorzaakt al scherpe protesten van moslimlanden. De status-quo-afspraak, die sinds 1967 geldt, houdt in dat de site onder islamitisch beheer (Waqf) blijft en dat niet-moslims de berg slechts op beperkte tijden mogen bezoeken (zonder te bidden). Israëlische regeringen hebben dit doorgaans gerespecteerd om de vrede te bewaren. Radicale tempelvoorstanders die dit willen doorbreken, worden dan ook gezien als gevaarlijk voor de openbare orde. Sterker nog, binnen Israël zelf wordt hun streven vaak afgeremd: direct na de verovering van de Oude Stad in 1967 besloot defensieminister Moshe Dayan al dat Israël “niet was gekomen om andermans heiligdom te veroveren” en droeg hij de dagelijkse controle terug over aan de islamitische Waqf . De Israëlische politie verhinderd tot op heden elke (illegale) poging om een hoeksteen voor een nieuwe tempel op de berg te plaatsen of een offer uit te voeren op het plateau. Daarnaast waarschuwen buurlanden als Jordanië dat elke aantasting van de status-quo de vredesrelaties ernstig zal schaden . Met de huidige geopolitieke verhoudingen zou een begin van tempelbouw vrijwel zeker uitmonden in geweld, terrorisme en mogelijk een bredere regio-oorlog – een risico dat geen enkele regering wil nemen.
Behalve politieke zijn er ook religieus-halachische obstakels. Zoals eerder genoemd erkennen de meeste rabbijnen dat men in onreinheid verkeert en dat de precieze locatie van het allerheiligste onzeker is. De Israëlische opperrabbijnen hebben vlak na 1967 uit voorzorg zelfs een verbod ingesteld voor joden om überhaupt de Tempelberg op te gaan, om te voorkomen dat iemand per ongeluk op heilige grond zou lopen . Dit verbod stond tientallen jaren vrijwel onbetwist, en hoewel er recent meer rabbijnen zijn die het negeren en juist aansporen tot Joods bezoek, geldt het voor velen nog steeds. Voorts ontbreekt er anno nu een erkend profeet of Messias die – analoog aan de bijbelse profeten Haggai, Zacharia en Maleachi bij de Tweede Tempel – Goddelijke leiding kan geven in het bouwproces . In de Talmoed staat zelfs dat de Tweede Tempel alleen gebouwd kon worden dankzij directe profetische inspiratie; bij gebrek daaraan acht men een Derde Tempelproject theologisch twijfelachtig, zelfs al zouden de moskeeën weg zijn. Deze religieuze terughoudendheid maakt dat zelfs binnen de orthodoxie velen aarzelend of afwijzend staan tegenover de actuele bouwplannen.
Het laatste obstakel is er een van maatschappelijke consensus. Binnen Israël is slechts een kleine minderheid actief voorstander van het onmiddellijk neerzetten van een Derde Tempel. De seculiere meerderheid en ook gematigde gelovigen hechten meer belang aan vrede en stabiliteit dan aan een apocalyptisch visioen. Internationale steun is al evenmin te vinden – vrijwel de hele wereldgemeenschap erkent dat de huidige regeling in Jeruzalem behouden moet blijven. De Verenigde Naties benadrukken geregeld het respect voor alle religies in de stad en hebben resoluties aangenomen om een exclusieve claim van één groep tegen te gaan. Zelfs landen die vriendschappelijk staan tegenover Israël, zouden een tempelbouw ten koste van islamitisch erfgoed niet kunnen accepteren. Zo hebben de recente Abraham-akkoorden (normalisatie tussen Israël en enkele Arabische staten) expliciete bepalingen om de status van de Al-Aqsa-site te behouden. Wanneer extremere elementen in Israëlische regeringen – bijvoorbeeld leden die openlijk dromen van een “herstel van de Joodse soevereiniteit op de Tempelberg” – te veel invloed krijgen, leidt dat direct tot scherpe verklaringen uit de Arabische wereld. Weinig kwesties zijn zo explosief en non-negotiable voor islamitische landen als Jeruzalem. Samenvattend staan de tempelvoorbereiders weliswaar niet stil: op religieus-symbolisch niveau boeken ze progressie (reliquieën, vee, trainingen), maar de feitelijke verwezenlijking stuit op schijnbaar onoverkomelijke drempels in de realiteit van politiek en internationaal recht.
Trump, Zionisme en de Derde Tempel
De Amerikaanse oud-president Donald Trump heeft tijdens zijn ambtsperiode (2017–2021) een opvallende rol gespeeld in het Jeruzalem-dossier, wat door voorstanders van de Derde Tempel met enthousiasme is ontvangen en door tegenstanders met argwaan. In december 2017 erkende Trump officieel Jeruzalem als hoofdstad van Israël en kondigde hij de verhuizing aan van de Amerikaanse ambassade van Tel Aviv naar Jeruzalem. Deze beleidsomslag – het breken met decennia van Amerikaans en internationaal standpunt om de status van Jeruzalem pas in een vredesakkoord vast te leggen – werd door Israël en zijn bondgenoten bejubeld. Voor veel religieus-zionisten en christelijke eindtijddenkers had Trump hiermee een bijna bijbelse daad gesteld, vergelijkbaar met die van de Perzische koning Cyrus (Koresj) die 2500 jaar geleden de Joden uit ballingschap liet terugkeren om hun tempel te herbouwen . Er werden her en der herinneringsmunten geslagen met Trumps beeltenis naast die van Cyrus – de zogeheten “Tempel-munt” toont beide leiders en een schets van de Derde Tempel, als erkenning van Trumps beslissing . Rabbijn Mordechai Persoff van het Mikdash-onderwijscentrum verklaarde bij die gelegenheid dat Trump “net als Cyrus een grote aankondiging heeft gedaan: Jeruzalem is de hoofdstad van het heilige volk” . Die uitspraak resoneert sterk met de tempelverwachting, want in joodse ogen is erkenning van Jeruzalem onder Joodse soevereiniteit een voorwaarde voor de uiteindelijke verlossing. De Talmoed stelt dat vóór de herbouw van de Tempel de Joden eerst hun gezag over het land Israël moeten herwinnen . Trumps beleid werd gezien als een bevestiging hiervan – alsof hij hielp die profetische voorwaarde te vervullen door Jeruzalem ondubbelzinnig in Israëls handen te bevestigen.
Trumps innige banden met zionistische en evangelicale kringen speelden ongetwijfeld een rol in deze keuzes. In de VS kon hij rekenen op de steun van miljoenen christelijke Zionisten – voornamelijk evangelische christenen – voor wie de staat Israël en Jeruzalem een centrale plaats innemen in Gods heilsplan. Deze achterban zag in Trump een instrument van de Voorzienigheid. Prominente evangelische leiders (sommigen adviseurs van het Witte Huis) prezen hem als “door God gezonden” en trokken parallellen met bijbelse figuren. De bijnaam “Nieuwe Cyrus” raakte gemeengoed in deze kringen . Trumps kabinet telde bovendien mensen die persoonlijk affiniteit hadden met de profetische betekenis van Israël: zijn vicepresident Mike Pence en minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo zijn uitgesproken evangelicaal en spraken openlijk over Israël in bijbelse termen. De Amerikaanse ambassadeur in Israël, David Friedman, is orthodox-joods en steunde Jeruzalem als ondeelbare hoofdstad. Dit alles creëerde een unieke policy mix waarin religie en geopolitiek samenvloeiden.
De concrete gevolgen van Trumps beleid voor de Tempelberg bleven beperkt tot diplomatieke erkenning en symbolische gebaren, maar die waren niet zonder effect. Door Jeruzalem als hoofdstad te erkennen legitimeerde de VS feitelijk de Israëlische soevereiniteit over West- én Oost-Jeruzalem, inclusief de Oude Stad. Palestijnen en veel moslimlanden vreesden dat hiermee de drempel verlaagd werd voor Israël om in de toekomst de status-quo op de heilige plaatsen te wijzigen. Trump presenteerde begin 2020 zijn “Deal of the Century”-vredesplan, waarin Israël alle heilige plekken in Jeruzalem zou behouden. Hoewel hij daarin formeel opriep de status-quo te handhaven, zagen sommigen eruit dat ook Joods gebed op de Tempelberg mogelijk zou moeten worden (een punt dat later door zijn team werd afgezwakt om Jordanië niet voor het hoofd te stoten). De perceptie was echter gezet: Trumps regering werd door vriend en vijand gezien als de meest pro-Israëlische – en in zekere zin pro-tempel – Amerikaanse regering ooit. Dit sterkte de tempelbeweging. Rechtse Israëlische politici voelden wind in de rug; er ontstonden toenaderingen tussen de Trump-regering en figuren die normaliter als extreem werden gezien (bijv. Amerikaanse diplomaten bezochten de Jeruzalemse Oude Stad in gezelschap van tempelactivisten, iets wat voorheen ondenkbaar was). Rabbijnen die vóór Joodse gebedsrechten op de berg pleitten, verwezen naar de “historische momentum” dat door Trump was gecreëerd.
Daartegenover stonden politieke gevolgen die de spanningen opvoerden. De Palestijnse Autoriteit brak het contact met Washington af na de erkenning van Jeruzalem. In Gaza en de Westoever braken protesten uit en verscherpten confrontaties. Traditionele bondgenoten van de VS in de Arabische wereld (zoals Saoedi-Arabië en Jordanië) uitten scherpe kritiek en benadrukten dat de Amerikaanse stap “ongeldig” was ten aanzien van Oost-Jeruzalem. Het Turkije van Erdogan noemde Israël openlijk een “terroristische staat” in reactie op geweld bij Al-Aqsa na Trumps besluiten . Toch bleef een geopolitieke implosie uit; in plaats daarvan zag men een hergroepering: sommige Arabische landen (zoals de VAE, Bahrein, Soedan en Marokko) sloten vredesakkoorden met Israël onder Trumps auspiciën, wellicht deels om de schade voor Palestijnen te beperken en invloed te houden. In deze Abrahamakkoorden spraken ze echter ook af de islamitische belangen in Jeruzalem te vrijwaren. Met andere woorden, terwijl Trump door zionisten en messiaanse gelovigen werd toegejuicht, dwong zijn koers de islamitische wereld tot het innemen van een heldere stelling: tot hier en niet verder. Trumps persona werd zo voor sommigen die van een bijna messiaanse figuur (de man die profetieën in vervulling laat gaan), maar voor anderen die van een provocateur die met vuur speelde in een toch al ontvlambare situatie.
Een opvallend gevolg was de mythologisering van Trump in zowel religieuze als complotmatige circuits. In sommige ultrarechtse Joodse kringen grapte men serieus of half-serieus of Trump misschien de Messias van Efraïm (de voorloper van de Davidische Messias) zou kunnen zijn, gezien zijn “messiaanse daden” . Uiteraard verwierp het mainstream-jodendom dat idee (Trump voldoet geenszins aan de messiaanse criteria van rechtvaardigheid en Torah-getrouwheid), maar het illustreert de bijna mythische status die hij verwierf. In evangelicaal Amerika werd Trump vergeleken met Bijbelse koningen; men zag in zijn verkiezing en beleid een teken dat God actief bezig was de eindtijdklok te versnellen. Deze overtuigingen hadden politieke consequenties: ze versterkten Trumps vastberadenheid om pro-Israël stappen te zetten (wetende dat zijn achterban dat juichte als gehoorzaamheid aan God), en ze gaven Israëlische beleidsmakers meer rugdekking om Jeruzalem-seculaire van aard, zoals nederzettingenuitbreiding, door te voeren zonder angst voor de gebruikelijke reprimandes uit Washington.
De bijnaam “Trump HaMoshiach” (Trump de gezalfde) mag dan met een korrel zout genomen worden, de symboliek van Trump als ‘Nieuwe Cyrus’ had reële impact. Door zich te omringen met personen die in bijbelse termen dachten, werd een feedback loop gecreëerd: profetisch ingestelde acteurs interpreteerden Trumps daden als vervulling van profetie, die interpretaties drongen via zijn religieuze adviseurs tot hem door, waarop hij zich wellicht gesterkt voelde om nog verder te gaan. Zo ontstond er een politieke dynamiek die de Derde Tempel dichterbij leekte brengen. Hoewel Trump zelf nooit opriep tot een tempelbouw (hij beperkte zich tot de politieke dimensie van Jeruzalem), zagen tempelvoorstanders hem als een uniek kansvenster. Sommige Israëlische activisten spraken uit dat Trumps termijn “de tijd van genade” was om stappen richting de Tempelberg te zetten, voordat een minder gunstige regering zou komen. Amerikaanse evangelicals als pastor John Hagee (leider van Christians United for Israel) verkondigden tijdens de nieuwe ambassade-inwijding dat “we vandaag getuige zijn van bijbelse vervulling”. In de marge ontstonden ook wilde theorieën dat Trump deel uitmaakte van een goddelijk plan om spoedig de derde Tempel mogelijk te maken – ideeën die verder gaan dan de realiteit, maar die wel laten zien hoe deze president verstrengeld raakte met eindtijdvisioenen.
Uiteindelijk kan gesteld worden dat Trump de kaarten in Jeruzalem herschudde: hij verschafte de Israëlische soevereiniteit over de stad een ongekende legitimatie en inspireerde religieuze zeloten om dromen te intensiveren. Tegelijk versterkte hij de tegenstellingen met de islamitische wereld, die hun retoriek over Al-Aqsa alleen maar hebben opgevoerd. Of de Derde Tempel door Trumps beleid werkelijk dichterbij is gekomen of juist op langere termijn onhaalbaarder is geworden, zal de geschiedenis moeten uitwijzen – maar duidelijk is dat hij de kwestie prominenter op de agenda heeft gezet van zowel gelovigen als politici wereldwijd.
Wereldleiders en de Derde Tempel
Niet alleen Donald Trump, maar ook andere wereldleiders spelen – gewild of ongewild – een rol in het narratief rond de Derde Tempel. Vladimir Poetin, de president van Rusland, heeft bijvoorbeeld verrassende standpunten laten horen. Tijdens een bezoek aan Israël in 2012 ging Poetin naar de Kotel (Westelijke Muur) en raakte daar in gesprek met een orthodoxe Jood. Toen deze hem uitlegde wat de betekenis van de Tempel was en dat die verwoest is, zou Poetin hebben geantwoord: “Precies daarvoor ben ik hier – om te bidden dat de Tempel herbouwd zal worden. Ik hoop dat al uw gebeden verhoord worden.” . Deze uitspraak – “uit zijn mond in Gods oor” schreven Israëlische kranten hoopvol – werd gezien als een blijk van Poetin’s respect voor de Joodse traditie. Het is onduidelijk in hoeverre Poetin dit politiek meende of dat het een diplomatiek vriendelijke geste was, maar veel religieuze Joden onthouden zo’n moment. Rusland profileert zich vaker als beschermer van christenen en traditionele waarden, en Poetin onderhoudt goede betrekkingen met zowel Israël als met arabische staten. Toch heeft hij zich in internationale fora meestal achter de instandhouding van de status-quo geschaard. Zo bekritiseerde Poetin Israëls restricties op moslimtoegang tijdens spanningen en belde hij in 2021 de koning van Jordanië om te bevestigen dat hij tegen “Israelische acties die de vrije toegang tot Al-Aqsa hinderen” is . Poetin manoeuvreert dus subtiel: enerzijds erkent hij de joodse band met Jeruzalem (en flirt hij met tempelsentiment), anderzijds presenteert hij zich aan de moslimwereld als iemand die Al-Aqsa respecteert. Vanuit complotdenkers oogpunt wordt Poetin soms genoemd in verband met profetieën (bijvoorbeeld als mogelijke leider in de bijbelse Gog en Magog-oorlog), maar concreet is hij vooral een pragmatist. Wel heeft een groep Israëlische rabbijnen in 2016 zowel Trump als Poetin aangeschreven met de oproep een “Cyrus-rol” te vervullen in Jeruzalem – een opmerkelijke petitie waarin deze twee wereldleiders werden gevraagd de Derde Tempel internationaal te steunen. Of het bij Poetin gehoor vond is niet publiekelijk bekend.
Een andere uitgesproken pro-Israël leider was Jair Bolsonaro, de president van Brazilië. Bolsonaro, gesteund door miljoenen Braziliaanse evangelicals, maakte er geen geheim van dat hij Israël als voorbeeldig natie zag en Jeruzalem als haar ondeelbare hoofdstad. Tijdens zijn ambtsperiode bezocht hij de Klaagmuur samen met de Israëlische premier en sprak hij over zijn “liefde voor Israël” als iets door God gegeven. Hij kondigde aan de Braziliaanse ambassade naar Jeruzalem te willen verplaatsen (hoewel dit uiteindelijk bij een handelskantoor bleef, onder druk van economische repercussies). Bolsonaro’s religieuze achterban in Brazilië hecht sterk geloof aan eindtijdprofetieën waarin Israël een hoofdrol heeft, en sommigen van zijn aanhangers geloven dat het steunen van Israël hun eigen land zal zegenen (Genesis 12:3: “Ik zal zegenen wie u zegenen”). In die zin past Bolsonaro in het rijtje van leiders die uit persoonlijke of electorale overwegingen dicht bij Israëls religieuze agenda kwamen. Hoewel hij niet specifiek over de Derde Tempel gesproken heeft, onderschrijven de groepen die hem steunen vaak het idee dat uiteindelijk alle bijbelse beloften – inclusief een nieuwe Tempel – vervuld zullen worden. Zijn openlijke pronken met joodse symboliek (zoals een talliet omdoen, een bezoek aan Yad Vashem met een keppeltje) en zijn steun aan de soevereiniteit over Jeruzalem gaven Israël diplomatieke rugdekking. Dit werd door Israëlische tempelactivisten gezien als nog een teken dat internationale weerstand misschien aan het afbrokkelen is, nu grote landen in Azië, Afrika en Latijns-Amerika steeds meer pro-Israëlische regeringen kennen.
Ook elders zien we politici die, ingegeven door strategische of religieuze motieven, Jeruzalem steunen. De Hongaarse premier Viktor Orbán bijvoorbeeld voert een nationalistisch-conservatief beleid en onderhoudt nauwe banden met Israël, waarbij hij vaak als een van de weinigen in de EU kritiek op Israël blokkeert. Hoewel hij een katholiek is, waardeert hij Israëls nadruk op traditie en veiligheid. Orbán opende een handelsdelegatie in Jeruzalem en bezocht de Westmuur. Mike Pence, voormalig vicepresident van de VS, is zelf zo vroom dat hij in de Knesset een toespraak hield waarin hij Jeruzalem de “eeuwige hoofdstad van het Joodse volk” noemde met verwijzing naar bijbelteksten – een retoriek die geen enkele hooggeplaatste politicus voor hem gebruikte. Zulke uitingen, hoe symbolisch ook, verhogen het internationale gevoel dat steeds meer leiders zich neerleggen bij (of zelfs verwelkomen) de permanente Joodse aanwezigheid en mogelijk toekomstig bouwwerk op de heilige grond. Daarnaast hebben kleine landen als Guatemala en Honduras hun ambassades naar Jeruzalem verplaatst in navolging van Trump, vaak onder invloed van lokale evangelicalen. Deze trend versterkt Israëls diplomatieke positie in Jeruzalem.
Tegenover deze steun staat echter een brede internationale consensus – waaronder de meeste Europese en moslimlanden – die waarschuwt voor elke aantasting van het status-quo op de Tempelberg. De Verenigde Naties hebben meerdere resoluties aangenomen die Israëlische soevereiniteit in Oost-Jeruzalem niet erkennen en elke unilaterale verandering veroordelen. Zelfs bondgenoten als Groot-Brittannië, Duitsland en Frankrijk benadrukken steevast dat de heilige plaatsen ongeschonden moeten blijven en dat de toekomst van Jeruzalem via onderhandelingen moet worden beslist. Zij vrezen dat anders de deur openstaat voor eindeloze conflicten. China en India, twee grote mogendheden met zowel islamitische minderheden als goede betrekkingen met Arabische staten, houden zich op de vlakte maar steunen in grote lijnen de handhaving van rust en respect in Jeruzalem. Kortom, afgezien van enkele uitgesproken pro-Israël leiders is de wereldgemeenschap voorzichtig tot afwijzend over alles wat kan leiden tot exclusieve Joodse controle over de Tempelberg. Een wijziging in de status van de Tempelberg – stel dat Israël Joodse gebeden zou toestaan of zelfs beginnen te bouwen – zou vrijwel zeker direct veroordeeld worden door een overgrote meerderheid van landen, en mogelijk gepaard gaan met sancties of andere repercussies. Tijdens een crisis in april 2023, toen er geweld uitbrak bij Al-Aqsa, waarschuwde koning Abdullah II van Jordanië dat “unilaterale maatregelen die de historische en legale status-quo ondermijnen” tot regionale escalatie kunnen leiden . De Turkse president Erdogan riep dat “een hand op Al-Aqsa leggen een rode lijn is” en dat hij zulke “schanddaden” ten zeerste veroordeelt . Dergelijke reacties geven aan dat elke beweging richting een Derde Tempel – zelfs al is het in theorie een religieus project – in de praktijk als een agressieve politieke daad zal worden gezien door de islamitische wereld en veel andere staten.
De houding van Arabische en islamitische landen blijft dan ook moedig. Jordanië, dat zich sinds het verdrag van 1994 hoeder van de islamitische heiligdommen mag noemen, beschouwt het als zijn koninklijke legitimiteitspijler om Al-Aqsa te verdedigen. Het Hashemitische koningshuis (zich beroepend op afstamming van de Profeet) zou enorme binnenlandse druk krijgen als het niet hard optrad tegen tempelinitiatieven. Egypte, dat lang de meest invloedrijke Arabische stem was, heeft herhaaldelijk duidelijk gemaakt dat de Palestijnse rechten in Oost-Jeruzalem beschermd moeten blijven – dit impliceert het behoud van de Haram al-Sharif als islamitisch heiligdom. Saoedi-Arabië, dat de hoeder is van Mekka en Medina, gebruikt Jeruzalem soms in retoriek om zijn islamitische leiderschap te tonen (hoewel het achter gesloten deuren pragmatischer is richting Israël). Niet te vergeten Iran: de Islamitische Republiek ziet zichzelf als vaandeldrager van verzet tegen Israël en noemt dat regime steevast “de bezetter van Jeruzalem” (Quds). Iran organiseert jaarlijks een “Quds-dag” waarop miljoenen Iraniërs “Dood aan Israël” scanderen uit solidariteit met Al-Aqsa. In Iran en de door Iran gesteunde bewegingen (zoals Hezbollah) is het idee van een Derde Tempel een gruwelbeeld dat koste wat kost verhinderd moet worden – ze beschouwen dat als een rode lijn die de islamitische wereld tot heilige oorlog zou oproepen. Zelfs de soennitische rivalen van Iran, zoals Al Qaeda en Islamitische Staat, gebruikten de bevrijding van Al-Aqsa als propagandathema. Hoewel veel van deze landen onderling verdeeld zijn over tal van kwesties, is Jeruzalem een zeldzame zaak waar ze doorgaans unaniem over zijn: geen enkele verandering ten gunste van Israël op de Tempelberg! De recente normalisaties (Abraham-akkoorden) hebben dit niet wezenlijk veranderd; de Emiraten en Bahrein hebben weliswaar vrede met Israël, maar spreken in internationale vergaderingen nog steeds steun uit voor de “status-quo van 1967” en veroordelen provocaties op de berg.
Samenvattend is het wereldtoneel erg verdeeld: een groeiende groep leiders met sterke religieuze achterban omarmt Israëls historische aanspraken en ziet wellicht een glimp van de profetieën in vervulling gaan, terwijl een andere krachtige coalitie (voornamelijk islamitisch, gesteund door internationale instellingen) pal staat voor het behoud van de islamitische hegemonie op de Tempelberg. In deze diplomatieke schakelspelletjes kan de Derde Tempel zowel als inspirerend ideaal als doemscenario fungeren, afhankelijk van wiens kant men bekijkt. Elke verandering aan de situatie zou allereerst een test zijn voor de relaties tussen deze wereldleiders en blokken, en de reacties zouden bepalen of zo’n verandering beperkt blijft tot veroordelingen of escaleert tot internationale crisis.
Albert Pike en de Voorspelling van Drie Wereldoorlogen
In discussies over profetie en complotten rondom Jeruzalem duikt vaak de figuur Albert Pikeop, een 19e-eeuwse Amerikaans vrijmetselaar, aan wie een beruchte voorspelling van “drie wereldoorlogen” wordt toegeschreven. Volgens een apocriefe brief uit 1871, die Pike aan de Italiaanse revolutionair Giuseppe Mazzini zou hebben geschreven, zouden er drie grote globale conflicten gepland zijn om een bepaalde nieuwe wereldorde te vestigen. Deze theorie wordt gretig aangehaald in bepaalde complotkringen omdat de eerste twee oorlogen – zo beweert men – verbazingwekkend zouden overeenkomen met de feitelijke Eerste en Tweede Wereldoorlog. Het meest explosieve is echter Pike’s beschrijving van de Derde Wereldoorlog. In de bewerkte weergave van de brief staat dat de derde oorlog zal ontketend worden als een conflict tussen “het politieke Zionisme” en “de leiders van de islamitische wereld”, dat wil zeggen tussen Israël/Joden en de islam . Dit wereldomspannende conflict zou volgens Pike zo verwoestend zijn dat beide strijdende partijen elkaar vernietigen, waarna een nihilistische chaos ontstaat waarin uiteindelijk het “ware licht” van een nieuwe orde (door sommigen geïnterpreteerd als een Luciferiaanse wereldreligie) aan de mensheid opgedrongen wordt.
Voor complotdenkers sluit deze voorspelling akelig goed aan bij de spanningen die we vandaag de dag zien rondom Israël en met name Jeruzalem. Zij wijzen op voortdurende vijandigheid tussen Israël (steunend op westerse mogendheden) en diverse islamitische landen en groeperingen, en stellen dat Pike dit al 150 jaar geleden planmatig zag aankomen. De strijd om de Tempelberg en de oproepen van extremisten om Al-Aqsa te vervangen door een Derde Tempel passen perfect in het scenario van een “beslissende botsing tussen Zionisme en Islam” die Pike zou hebben beschreven. Elke escalatie – van oorlogen in Gaza of Libanon tot retorische aanvaringen tussen Israël en Iran – wordt door deze lens gezien als een stap dichter bij de door Pike voorziene apocalyptische confrontatie. Zo floreren er theorieën dat zionistische en westerse elites opzettelijk de islamitische wereld provoceren (bijvoorbeeld door Jeruzalem-stappen als van Trump) om Pike’s Derde Wereldoorlog uit te lokken. Aan de andere kant verspreiden radicaalislamitische propaganda soms het idee dat zij strijden tegen een occult westers complot (soms “kruisvaarders en zionisten” genoemd) dat inderdaad uit is op zo’n eindstrijd – ook dat narratief weerspiegelt elementen van de vermeende Pike-brief.
Hoe intrigerend het verhaal ook klinkt, de geloofwaardigheid van de Pike-voorspellingen is uiterst twijfelachtig. Historici hebben geen spoor kunnen vinden van de bewuste brief in de archieven. De British Museum/British Library – waar de brief volgens legendes ooit tentoon zou zijn gesteld – heeft officieel verklaard “de betreffende brief nog nooit in bezit of gezien te hebben” . Met andere woorden: er is geen historisch bewijs dat Pike zo’n gedetailleerd toekomstplan heeft geschreven. De tekst van de “Pike-brief” dook pas decennia na zijn dood op, voor het eerst rond 1925 en later uitgebreider in 1950s literatuur van conspiracy auteurs zoals William Guy Carr. Vermoedelijk is de inhoud een samenraapsel van na-oorlogse interpretaties en antisemitische/vrijmetselarij complotten, achteraf geprojecteerd op Pike’s naam om ze gewicht te geven. Desondanks heeft het concept een eigen leven gekregen in de marge van publieke opinie.
De impact van deze voorspellingen op moderne complottheorieën is aanzienlijk. Groepen variërend van neonazi’s tot radicale moslims en New Age-antiglobalisten verwijzen naar Pike’s “plan” als bewijs dat de huidige spanningen geen toeval zijn. Zo geloven sommigen dat de Illuminati of andere geheime genootschappen doelbewust toewerken naar een confrontatie in het Midden-Oosten die zowel Israel als de islamitische wereld zal verwoesten, om vervolgens één wereldreligie of regering op te leggen. Jeruzalem, als bakermat van de drie monotheïstische godsdiensten, wordt daarbij vaak gezien als het symbolische einddoel: in de chaos na WWIII zou een soort satanische pseudo-verlosser plaatsnemen in een “tempel” in Jeruzalem, waarmee Pike’s laatste fase – de triomf van Luciferianisme – bereikt is. Zulke denkbeelden echoën feitelijk klassieke eindtijdscenario’s (bijvoorbeeld de Antichrist in een tempel bij christenen), maar nu gepresenteerd als menselijk complot in plaats van louter goddelijk plan. Hierdoor vermengen apocalyptisch-religieuze en seculier-complotmatige verhalen zich.
Voor de beweging rond de Derde Tempel zelf is Pike’s voorspelling een tweesnijdend zwaard. Aan de ene kant wijzen zij het fel van de hand – zij willen gezien worden als vrome idealisten, niet als pionnen in een sinister wereldcomplot. Aan de andere kant zijn sommigen zich bewust dat hun streven door tegenstanders precies in dit frame wordt geplaatst: men zegt dan bijvoorbeeld dat radicale tempelactivisten “Armageddon willen versnellen” of bewust een religie-oorlog riskeren. Dit maakt de tempelkwestie nog meer beladen. Israelische veiligheidsdiensten houden extreemrechtse Joodse groeperingen al decennia in de gaten omdat enkele leden in het verleden daadwerkelijk plannen smeedden om de Al-Aqsamoskee op te blazen (zoals de Jewish Underground in de jaren ’80) – zulke daden hadden precies de door Pike beschreven oorlog kunnen ontketenen. In de islamitische wereld is de idee dat Israël of “het Westen” uit is op het vernietigen van Al-Aqsa wijdverbreid, los van Pike; zijn “voorspelling” wordt daar niet altijd expliciet genoemd, maar het sluit aan bij bestaande overtuigingen over een eindstrijd.
Al met al functioneert de legende van Albert Pike’s drie wereldoorlogen als een waarschuwend (zij het fictief) spookbeeld: het herinnert eraan hoe de Jeruzalemkwestie het potentieel heeft om een lokaal conflict te overstijgen en een wereldwijd inferno te ontketenen. Of men nu gelooft in een vooropgezet plan of niet, de feitelijke ingredienten – spanningen tussen zionisme en islam – zijn reëel aanwezig. De naam Pike is zo een codewoord geworden in discussieplatforms voor de vraag: koersen we af op een door geloof/ideologie gevoede wereldbrand? De meeste historici en mainstreamexperts wijzen de authenticiteit van Pike’s brief van de hand als mythologie . Maar de hardnekkigheid van deze mythe geeft aan dat de angst voor een Jeruzalem-centrische wereldcrisis leeft. Het voedt cynisme (“oorlogen zijn gepland door elites”) en kan zelfs als zelfvervullende profetie werken als genoeg mensen ernaar gaan handelen. De Derde Tempel, zij het via een omweg, duikt zo op in theorieën over niets minder dan Wereldoorlog III.
Conclusie: Een Profetische Toekomst of een Geopolitieke Tijdbom?
De Derde Tempel van Jeruzalem bevindt zich op het snijvlak van vurig gekoesterde profetische hoop en huiveringwekkende geopolitieke risico’s. Voor gelovigen die de Schrift letterlijk nemen, vormt de herbouw van de tempel een onvermijdelijk onderdeel van Gods heilsplan: een teken van verlossing dat uiteindelijk vrede en goddelijke harmonie over de wereld zal brengen. Zij wijzen op de terugkeer van Israël als staat, de internationale erkenning van Jeruzalem door enkele landen en de gedane voorbereidingen als indicaties dat we wellicht richting zo’n profetische doorbraak gaan. In deze visie zou de Derde Tempel de kroon op de geschiedenis zijn, een huis van gebed waarheen alle volken zullen stromen in de messiaanse tijd van vrede (vgl. Jesaja 2:2-3). Vanuit dat perspectief staat de tempel symbool voor hoop, voor de overwinning van het goddelijke plan over de verdeeldheid van de mensheid.
Daartegenover staat echter de nuchtere werkelijkheid dat een poging tot tempelbouw in de huidige context bijna zeker fungeert als een geopolitieke tijdbom. De Tempelberg is dermate beladen met concurrerende aanspraken dat elke exclusieve claim – laat staan het fysiek oprichten van een Joods heiligdom ten koste van islamitische heiligdommen – de lont in het kruitvat dreigt te steken. Zoals we hebben gezien, beschouwen islamitische landen dit scenario als een casus belli, een heilige plicht tot verzet. Zelfs gematigde actoren zouden zich gedwongen zien hard op te treden. Een Derde Tempel die niet door een gezamenlijke godsdienstige openbaring maar door unilaterale menselijke actie tot stand komt, zou eerder een oorlogsverklaring zijn dan een vredesboodschap. Analisten waarschuwen dat het combineren van nationalistische sentimenten met religieus fanatisme rond zo’n symbolische plek een catastrofale ketenreactie kan veroorzaken . De vrees is dat Jeruzalem dan het epicentrum wordt van een wereldwijd religieus conflict – precies wat men in de Pike-brief of bijbelse Armageddon-scenario’s ziet gebeuren. Met moderne wapens en mondiale verbondenheden zou dit rampzalige gevolgen kunnen hebben.
Is de Derde Tempel haalbaar in de komende decennia? Vanuit technisch en organisatorisch oogpunt: ja, als morgen de weg vrij zou komen, staan er al bouwtekeningen klaar en materialen gereed. Maar vanuit politiek en sociaal oogpunt: op dit moment beslist niet zonder een grootse omwenteling. De realiteit is dat Israël geen stappen in die richting zet, en dat zelfs veel religieuze Joden afwachten op God in plaats van zelf iets te forceren. Tenzij er zich buitengewone gebeurtenissen voordoen (bijvoorbeeld een onverwachte instorting van de Rotskoepel door een aardbeving – een scenario dat soms gespeculeerd wordt), zal een Derde Tempel niet zomaar “uit de lucht komen vallen”. We leven echter in een tijd van snelle veranderingen. Wie had gedacht dat in een paar jaar Arabische staten vrede met Israël zouden sluiten? Of dat een Amerikaanse president Jeruzalem zou erkennen ondanks decennialang diplomatiek voorzichtigheid? Dergelijke precedenten laten zien dat ogenschijnlijk vastgeroeste situaties kunnen kantelen. Een mogelijke ontwikkeling is dat discussies ontstaan over een gedeelde soevereiniteit of interreligieus heiligdom op de Tempelberg – ideeën die nu nog marginaal zijn, maar die in toekomstig vredesoverleg een rol zouden kunnen spelen. Zo is er het concept om het plateau te verdelen of een synagoge toe te staan op een deel van de berg naast de moskeeën. Momenteel is dat onbespreekbaar voor moslims, maar wie weet verandert de houding als er ooit een breed vredesakkoord komt waarin Jeruzalem een speciale status krijgt.
Aan de andere kant bestaat de kans dat de patstelling voortduurt en extremere elementen aan beide zijden hun kans schoon zien bij momenten van crisis. De laatste jaren is het aantal Joodse bezoekers aan de Tempelberg (vaak religieuze nationalisten) gestegen, wat al tot spanningen leidt. Een klein incident – een rel, een aanslag, een politieke crisis – kan dan uit de hand lopen en een keten van geweld veroorzaken waarin de heilige plekken direct betrokken raken. Denk aan de bezoek van Sharon in 2000 of de veiligheidsmaatregelen in 2017 die tot wereldwijde protesten leidden. In zo’n escalatiescenario kan zelfs zonder bewuste planning de situatie ontaarden in een conflict dat de status quo wegvaagt. De geschiedenis leert dat oorlogsomstandigheden soms het onvoorstelbare mogelijk maken. Sommigen vrezen dat in geval van een grote oorlog in het Midden-Oosten de drempel naar radicale stappen zoals de vernietiging van vijandige heiligdommen lager wordt – en als dat zou gebeuren, ontstaat een point of no return waarin misschien een Derde Tempel op de puinhopen verrijst, maar ten koste van onmetelijk lijden en verdeeldheid.
Uiteindelijk blijft de Derde Tempel een dubbelzinnig symbool. Voor de één vertegenwoordigt hij de ultieme verzoening – van God met mens en wellicht zelfs tussen religies, als men zich een toekomst voorstelt waarin alle geloven de Ene erkennen in Jeruzalem. Voor de ander belichaamt hij conflict – een gevaarlijk streven dat bestaande wonden slechts verder openrijt en vrede juist verhindert. Misschien ligt de waarheid in de wijze woorden van een islamitische geleerde die stelde dat als Joden, christenen en moslims werkelijk begrijpen dat zij “erfgenamen zijn van dezelfde religieuze traditie”, zij misschien ooit gezamenlijk tot een oplossing kunnen komen, “misschien zelfs over hoe een Derde Tempel te bouwen zonder Al-Aqsa aan te raken” . Dat visioen – een gedeelde heilige ruimte – is tot nu toe utopisch gebleven. Maar het houdt de mogelijkheid in dat de Derde Tempel niet per se een zero-sum eindspel hoeft te zijn.
Voorlopig moeten we concluderen dat de Derde Tempel vooral een projectie is: men ziet erin wat men wil zien. Profetische gelovigen zien een goddelijk masterplan ontvouwd worden, cynici zien een recept voor oorlog. De tijd zal leren of dit eeuwenoude symbool ooit werkelijkheid wordt, en zo ja, onder welke omstandigheden. Komende decennia zullen in elk geval cruciaal zijn voor Jeruzalem. Demografische veranderingen, politieke verschuivingen en misschien wel nieuwe vredespogingen zullen de verhoudingen op de Tempelberg beïnvloeden. Zal er meer ruimte komen voor multireligieus beheer, of juist meer exclusieve claims? Zullen moderatie en dialoog winnen, of radicalisering en wantrouwen? De Derde Tempel staat nog niet op de fysieke berg, maar bestaat al wel als idee in de harten van mensen – als droom of nachtmerrie. Of hij uiteindelijk een teken van vrede wordt of een katalysator voor een wereldoorlog, hangt af van de wijsheid en terughoudendheid van leiders en gelovigen in de realiteit van de 21e eeuw. Eén ding is zeker: Jeruzalem zal haar centrale rol in de wereldpolitiek en de religieuze verbeelding behouden. En de Derde Tempel – gebouw of ongebouwd – blijft daarbij als waarschuwing én belofte op de achtergrond aanwezig, totdat geschiedenis en misschien Voorzienigheid onthullen welk pad bewandeld wordt.
Reactie plaatsen
Reacties